HUISARREST ALS HOOFDSTRAF?
IN NEDERLAND KENNEN WE VIER HOOFDSTRAFFEN. DAT ZIJN: GEVANGENISSTRAF, HECHTENIS, TAAKSTRAF EN EEN GELDBOETE. HECHTENIS EN GEVANGENISSTRAF ZIJN ALLEBEI VRIJHEIDSBENEMENDE SANCTIES, MAAR HECHTENIS DUURT KORTER EN KAN WORDEN OPGELEGD BIJ OVERTREDINGEN. DEZE WORDEN IN DE WET ALS MINDER ERNSTIG AANGEMERKT DAN MISDRIJVEN. DE TENUITVOERLEGGING VAN HECHTENIS VINDT, EVENALS VOORLOPIGE HECHTENIS, IN DE REGEL PLAATS IN HET HUIS VAN BEWARING.
Maar of iemand nu een hechtenis of een kortdurende gevangenisstraf is opgelegd, de gevolgen voor een veroordeelde kunnen desastreus zijn. In oktober 2021 rapporteerde de Raad voor Strafrechttoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) al dat korte detenties weinig zinvol zijn en vooral veel onnodige schade toebrengen aan de gedetineerde en hun omgeving. Ze zijn te kort om een succesvolle re-integratie te kunnen opstarten, maar te lang om iemand voor detentieschade te behoeden. Te denken valt aan verlies van baan, huis of relatie. Kans op recidive neemt in ieder geval niet af.
De RSJ deed een aantal aanbevelingen zoals afschaffing van het taakstrafverbod en terugdringen van vervangende hechtenis. Een alternatief dat nog onderbelicht is gebleven is het alternatief van de thuisdetentie. In Nederland is thuisdetentie nog geen hoofdstraf. Nederland lijkt ook op dit punt achter te lopen op het buitenland, waar het thuis uitzitten van je straf veel vaker voorkomt. In mei 2023 werd de voormalige president van Frankrijk nog veroordeeld tot drie jaar gevangenisstraf, waarvan twee voorwaardelijk. Hij hoeft volgens het Franse systeem echter niet naar de gevangenis en mag het onvoorwaardelijke deel thuis uitzitten met een enkelband.
Ook in Nederland zou vaker van deze mogelijkheid gebruik moeten worden gemaakt. Ook een thuisdetentie kan zeker bij kortere straffen tegemoetkomen aan de doelen van een straf, te weten: vergelding, generale en speciale preventie. Onder vergelding wordt de bestraffi ng zelf verstaan. Generale preventie heeft tot doel om door het straffen van daders mogelijke toekomstige daders af te schrikken. Speciale preventie beoogt een dader dusdanig (door resocialisatie) te beïnvloeden tijdens het ondergaan van zijn straf dat hij zich niet opnieuw zal schuldig maken aan een strafbaar feit.
Omdat thuisdetentie een sterk vrijheidsbeperkende sanctie is, kan het worden aangemerkt als vergelding. Relaties, de sportclub of een restaurant bezoeken zit er niet meer in. Deze beperkingen zullen ook afschrikwekkend kunnen zijn. Alhoewel de mate van afschrikking zou kunnen afhangen van de hoeveelheid ruimte in een huis. Het spreekt voor zich dat thuisdetentie in een kleine ruimte veel moelijker vol te houden is, dan in een ruime villa. Hiermee zou rekening gehouden kunnen worden bij de lengte van de op te leggen thuisdetentie. Ook zou een oplossing gezocht moeten worden voor mensen die geen (eigen) woning hebben. Een thuisdetentie is in ieder geval geschikter te achten met het oog op resocialisatie en het daarmee samenhangende voorkomen van recidive, omdat de veroordeelde beter contact kan onderhouden met zijn naasten en mogelijk thuiswerkzaamheden kan verrichten.
Op dit moment is een conceptwetsvoorstel in de maak. Een eventuele inwerkingtreding is echter niet op korte termijn te verwachten. Toch hoeft er niet zo lang gewacht te worden. In de huidige systematiek kan worden gevraagd om een straf die vergelijkbaar is met thuisdetentie. Namelijk een lange (voorwaardelijke) gevangenisstraf, die niet wordt ten uitvoer wordt gelegd als de veroordeelde zich aan de bijzondere voorwaarden houdt. In dit geval zich houden aan het locatiegebod onder elektronisch toezicht. Volgens de huidige wetgeving kunnen straffen tot 2 jaar geheel voorwaardelijk worden opgelegd. Bij gevangenisstraffen tot vier jaar, mag de rechter bepalen dat maximaal 2 jaar voorwaardelijk wordt opgelegd.
Zowel vanuit personen uit de rechterlijke macht als de wetenschap (universiteit Maastricht) is inmiddels de aanbeveling gedaan dat door of namens de verdachte vaker zal worden gevraagd om een voorwaardelijke straf met ‘huisarrest’ als bijzondere voorwaarde. Zolang de thuisdetentie nog niet als hoofdstraf is opgenomen in het wetboek, kan worden ondervonden of thuisdetentie, gelet op de te behalen strafdoelen, daadwerkelijk effectiever is dan een kortdurende gevangenisstraf. Per geval moet worden beoordeeld welke straf passend en geboden is.
Van belang daarbij zal wel zijn in hoeverre de reclassering medewerking aan het toezicht kan en wil verlenen. Er is nu immers al sprake van capaciteitsproblematiek. De kosten die bespaard kunnen worden -in 2019 kostte een verblijf van een volwassen gevangene volgens Dienst Justitiële Inrichtingen 245 euro per dag – zou hiervoor kunnen worden aangewend.
Mr. D.M. Penn – strafrechtadvocaat
0 reacties